Programming code abstract technology software – digitalisering – data

Feiten en cijfers Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW)

NOW 6.0 betreft een vaste periode te weten de maanden januari tot en met maart 2022.

De Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor behoud van Werkgelegenheid is bedoeld als subsidie om bedrijven te ondersteunen zodat werkgevers zoveel mogelijk werknemers in dienst kunnen houden en werkgevers zich samen met de werknemers voorbereiden op en aanpassen aan de nieuwe economische situatie. Inmiddels kennen we zes NOW-regelingen. NOW-regeling 6.0 heeft betrekking op de periode januari-maart 2022. Het aanvragen van de subsidie is mogelijk tot en met 13 april 2022. Kijk hier voor meer informatie.

Let er verder op dat voor alle NOW-regelingen ook nog een tweede, definitieve, aanvraag moet worden ingediend. Voor NOW 2.0 kan dat tot en met 31 maart 2022 en voor de drie tranches van NOW 3.0 tot en met 22 februari 2023. Het indienen van de definitieve aanvragen voor NOW 4.0 tot en met NOW 6.0 is nog niet mogelijk.

NOW en loondoorbetaling
TLN krijgt regelmatig vragen over het feit dat er een verplichting zou zijn om het loon door te betalen, inclusief overwerk en toeslagen, als er subsidie in het kader van de NOW verleend is. Zoals de naam het al zegt, is de NOW onder meer bedoeld om werkgelegenheid te behouden. Of anders gezegd: om de werknemers in dienst te kunnen houden voor de uren die zij werkten voordat er sprake was van een omzetdaling.

De NOW stelt ook een aantal verplichtingen aan werkgevers die NOW-subsidie ontvangen, waaronder dat werkgevers verplicht zijn de loonsom zoveel mogelijk gelijk te houden. Hierbij gaat het altijd om de loonsom over de maanden waarop de regeling betrekking heeft afgezet tegen de loonsom over een eerdere in de regeling genoemde maand. Welke maand dat is verschilt per NOW-regeling. Dat wil zeggen dat je je als werkgever moet inspannen om de loonsom gelijk te houden. Er is echter niet expliciet opgenomen dat je verplicht bent het loon inclusief overwerk en toeslagen door te betalen.

Let op: indien bij de definitieve vaststelling van de loonsom blijkt dat er, om wat voor reden dan ook, in de maanden waarop de regeling betrekking had sprake was van een lagere loonsom dan over de maand waarmee vergeleken wordt, dan heeft dat (stevige) gevolgen voor de subsidie. Lees hier meer over in het artikel ‘Overuren en NOW: haken, ogen en valkuilen’. Dit artikel heeft weliswaar betrekking op NOW 1.0 maar de systematiek is onder de andere NOW-regelingen vrijwel hetzelfde. Verschil is dat er onder NOW 3.0 en NOW 4.0 sprake is van een vrijstelling van 10%. Oftewel, pas als de loonsom met meer dan 10% gedaald is, heeft dat gevolgen voor de subsidie. Onder NOW 5.0 en NOW 6.0 is die vrijstelling 15%. De mogelijk (stevige) gevolgen van een lagere loonsom kunnen aanleiding zijn om toch de overuren en de toeslag door te betalen.

NOW-maatregelen in een grafiek

Het doel van de regeling blijft het ondersteunen van werk en inkomen. Met de invoering van deze maatregel is de Regeling werktijdverkorting komen te vervallen. Het UWV heeft een overzicht gemaakt waarin alle voorwaarden die horen bij de verschillende tranches van de NOW-regeling bij elkaar gezet zijn. Dat overzicht is hier te vinden.

 

NOW 6.0

De (voorlopig) laatste NOW-regeling, NOW 6.0 (tranche 8), heeft betrekking op de loonperiode januari tot en met maart 2022. Het indienen van de aanvraag is mogelijk tot en met 13 april 2022. Later moet er weer een definitieve aanvraag worden ingediend wat moet gebeuren in de periode van 3 oktober 2022 tot en met 2 juni 2023.

Voor de NOW 6.0 gelden de volgende voorwaarden:

  • Er moet sprake zijn van ten minste 20% omzetdaling in de maanden januari tot en met maart 2022 afgezet tegen de omzet over 2019 gedeeld door 4. NOW 6.0 betreft een vaste periode te weten de maanden januari tot en met maart 2022.
  • Voor de NOW 6.0-subsidie kan er een omzetdaling van maximaal 90% worden opgegeven.
  • De subsidie bedraagt maximaal 85% van de loonkosten. Bij de voorlopige aanvraag wordt hierbij gekeken naar de maand oktober 2021. Bij de definitieve aanvraag wordt tevens gekeken naar de loonkosten over de maanden januari tot en met maart 2022. Waren die laatste loonkosten meer dan 15% lager dan de loonkosten over oktober 2021 maal drie, dan vindt er een verrekening plaats.
  • De vaste forfaitaire toeslag, die betrekking heeft op de werkgeverslasten bestaande uit premies werknemersverzekeringen, vakantietoeslag en pensioenpremies, bedraagt 30%.
  • Wordt er een aanvraag op bedrijfseconomische gronden ingediend, dan moet dat gemeld worden via UWV Telefoon NOW: Service & contact | UWV | Werkgevers Wordt er geen contact opgenomen, dan wordt de definitieve tegemoetkoming met 5% verlaagd.
  • Bij de definitieve aanvraag moet afhankelijk van het bedrag van het voorschot of de definitieve tegemoetkoming, een derdenverklaring of accountantsverklaring worden meegestuurd: een derdenverklaring is verplicht bij een voorschot tussen € 40.000 en € 125.000, of een definitieve tegemoetkoming tussen € 40.000 en € 125.000 (ongeacht de hoogte van het voorschot); een accountantsverklaring is verplicht bij een voorschot van € 125.000 of meer, een definitieve tegemoetkoming van € 125.000 of meer (ongeacht de hoogte van het betaalde voorschot), of een aanvraag op werkmaatschappijniiveau.
  • Is het voorschot of de definitieve tegemoetkoming € 125.000 of meer, dan mogen er over heel 2022 geen winstuitkering en bonussen worden uitgekeerd aan aandeelhouders, bestuur en directie, en mogen er geen eigen aandelen ingekocht worden. Is er sprake van een aanvraag op werkmaatschappijniveau, dan mag de moedermaatschappij of het groepshoofd van de groep waar de werkmaatschappij onderdeel van is ook geen bonussen uitkeren en mag de groep geen dividend/winstuitkering uitkeren of eigen aandelen inkopen. Dit geldt ook als het voorschot of de definitieve tegemoetkoming lager is dan € 125.000. Het groepshoofd of de moedermaatschappij van het concern moeten hiermee akkoord zijn.”

NOW 5.0

NOW 5.0 had betrekking op de loonperiode november en december 2021. Het aanvragen van de subsidie is niet meer mogelijk. Er zal nog wel een definitieve aanvraag ingediend moeten worden. Dat moet gedurende de periode van 1 juni 2022 tot en met 22 februari 2023.

Voor de NOW 5.0 gelden de volgende voorwaarden:

  • Er moet sprake zijn van ten minste 20% omzetdaling in de maanden november en december 2021 afgezet tegen de omzet over 2019 gedeeld door 6. NOW 5.0 betreft voor het eerst een vaste periode te weten de maanden november en december 2021.
  • Voor de NOW 5.0-subsidie kan er, net als bij NOW 4.0, een omzetdaling van maximaal 80% worden opgegeven.
  • De subsidie bedraagt maximaal 85% van de loonkosten. Bij de voorlopige aanvraag wordt hierbij gekeken naar de maand september 2021. Bij de definitieve aanvraag wordt tevens gekeken naar de loonkosten over de maanden november en december 2021. Waren die laatste loonkosten meer dan 15% lager dan de loonkosten over september 2021 maal twee, dan vindt er een verrekening plaats.
  • De vaste forfaitaire toeslag, die betrekking heeft op de werkgeverslasten bestaande uit premies werknemersverzekeringen, vakantietoeslag en pensioenpremies, bedraagt 40%.
  • Wordt er een aanvraag op bedrijfseconomische gronden ingediend, dan moet dat gemeld worden via UWV Telefoon NOW: Service & contact | UWV | Werkgevers Wordt er geen contact opgenomen, dan wordt de definitieve tegemoetkoming met 5% verlaagd.
  • Bij de definitieve aanvraag moet afhankelijk van het bedrag van het voorschot of de definitieve tegemoetkoming, een derdenverklaring of accountantsverklaring worden meegestuurd:
  • een derdenverklaring is verplicht bij een voorschot tussen € 40.000 en € 125.000, of een definitieve tegemoetkoming tussen € 40.000 en € 125.000 (ongeacht de hoogte van het voorschot);
  • een accountantsverklaring is verplicht bij een voorschot van € 125.000 of meer, een definitieve tegemoetkoming van € 125.000 of meer (ongeacht de hoogte van het betaalde voorschot), of een aanvraag op werkmaatschappijniiveau.
  • Is het voorschot of de definitieve tegemoetkoming € 125.000 of meer, dan mogen er over heel 2021 geen winstuitkering en bonussen worden uitgekeerd aan aandeelhouders, bestuur en directie, en mogen er geen eigen aandelen ingekocht worden. Is er sprake van een aanvraag op werkmaatschappijniveau, dan mag de moedermaatschappij of het groepshoofd van de groep waar de werkmaatschappij onderdeel van is ook geen bonussen uitkeren en mag de groep geen dividend/winstuitkering uitkeren of eigen aandelen inkopen. Dit geldt ook als het voorschot of de definitieve tegemoetkoming lager is dan € 125.000. Het groepshoofd of de moedermaatschappij van het concern moeten hiermee akkoord zijn.

NOW 4.0

NOW 4.0 volgde NOW 3.0 op en had betrekking op loonperiode juli tot en met september 2021. Het indienen van aanvragen is niet meer mogelijk. Er zal nog wel een definitieve aanvraag ingediend moeten worden en wel in de periode 31 maart 2022 tot en met 22 februari 2023.

Voor de NOW 4.0 gelden de volgende voorwaarden:

  • Er moet sprake zijn van ten minste 20% omzetdaling in drie aaneengesloten maanden in de periode juli tot en met november 2021 afgezet tegen een kwart van de omzet over 2019. Die drie aaneengesloten maanden zijn zelf te kiezen tenzij er ook subsidie is aangevraagd voor NOW 3.3. In dat geval moet de periode van drie maanden aansluiten bij de periode van omzetdaling die gekozen was voor NOW 3.3.
  • Voor de NOW 4.0-subsidie kan er een omzetdaling van maximaal 80% worden opgegeven. Onder eerdere NOW-regeling was dit nog 100%.
  • De subsidie bedraagt maximaal 85% van de loonkosten. Bij de voorlopige aanvraag wordt hierbij gekeken naar de maand februari 2021. Bij de definitieve aanvraag wordt tevens gekeken naar de loonkosten over de maanden juli tot en met september 2021. Waren die laatste loonkosten meer dan 10% lager dan de loonkosten over februari 2021 maal drie, dan vindt er een verrekening plaats.
  • De vaste forfaitaire toeslag, die betrekking heeft op de werkgeverslasten bestaande uit premies werknemersverzekeringen, vakantietoeslag en pensioenpremies, bedraagt 40%.
  • Wordt er een aanvraag op bedrijfseconomische gronden ingediend, dan moet dat gemeld worden via UWV Telefoon NOW: Service & contact | UWV | Werkgevers Wordt er geen contact opgenomen, dan wordt de definitieve tegemoetkoming met 5% verlaagd.
  • Bij de definitieve aanvraag moet afhankelijk van het bedrag van het voorschot of de definitieve tegemoetkoming, een derdenverklaring of accountantsverklaring worden meegestuurd:
  • een derdenverklaring is verplicht bij een voorschot tussen € 40.000 en € 125.000, of een definitieve tegemoetkoming tussen € 40.000 en € 125.000 (ongeacht de hoogte van het voorschot);
  • een accountantsverklaring is verplicht bij een voorschot van € 125.000 of meer, een definitieve tegemoetkoming van € 125.000 of meer (ongeacht de hoogte van het betaalde voorschot), of een aanvraag op werkmaatschappijniiveau.
  • Is het voorschot of de definitieve tegemoetkoming € 125.000 of meer, dan mogen er over heel 2021 geen winstuitkering en bonussen worden uitgekeerd aan aandeelhouders, bestuur en directie, en mogen er geen eigen aandelen ingekocht worden. Is er sprake van een aanvraag op werkmaatschappijniveau, dan mag de moedermaatschappij of het groepshoofd van de groep waar de werkmaatschappij onderdeel van is ook geen bonussen uitkeren en mag de groep geen dividend/winstuitkering uitkeren of eigen aandelen inkopen. Dit geldt ook als het voorschot of de definitieve tegemoetkoming lager is dan € 125.000. Het groepshoofd of de moedermaatschappij van het concern moeten hiermee akkoord zijn.

NOW 3.0

Na NOW 2.0 is de NOW met 9 maanden verlengd. Feitelijk betreft het 3 afzonderlijke subsidieperioden die bekend staan als NOW 3.1 (of tranche 3: de periode oktober tot en met december 2020), NOW 3.2 (of tranche 4: de periode januari tot en met maart 2021) en NOW 3.3 (of tranche 5: de periode april tot en met juni 2021).

 

Definitieve aanvraagperioden

De perioden voor de voorlopige aanvragen zijn inmiddels gesloten. Later zal er nog een definitieve aanvraag ingediend moeten worden. Het niet of niet tijdig indienen van die aanvraag leidt ertoe dat er geen recht is op subsidie en het betaalde voorschot in zijn geheel terugbetaald moet worden.

De perioden waarin de definitieve aanvraag ingediend moet worden zijn:

  • NOW 3.1: 4 oktober 2021 t/m 22 februari 2023
  • NOW 3.2: 31 januari 2022 t/m 22 februari 2023
  • NOW 3.3: 31 januari 2022 t/m 22 februari 2023

 

Voor NOW 3.0 gelden de volgende voorwaarden:

  • Er is sprake van 3 perioden:
    • NOW 3.1: betreft de loonperiode oktober t/m december 2020
    • NOW 3.2: betreft de loonperiode januari t/m maart 2021
    • NOW 3.3: betreft de loonperiode april t/m juni 2021
  • Er kan per periode een aanvraag ingediend worden. Voor elke periode geldt dat er sprake moet zijn van ten minste 20% omzetdaling afgezet tegen een kwart van de omzet over 2019. Voor de periode van de omzetdaling moet gekeken worden naar drie aaneengesloten maanden in een periode van 5 maanden die begint met de eerste maand van de loonperiode. Die drie aaneengesloten maanden zijn zelf te kiezen tenzij er ook subsidie is aangevraagd in de voorliggende NOW-periode. In dat geval moet de periode van drie maanden aansluiten bij de periode van omzetdaling die gekozen is in de voorliggende NOW-periode.
  • Onder NOW 3.1. bedraagt de subsidie maximaal 80% van de loonkosten; onder NOW 3.2 en NOW 3.3. is dat maximaal 85%. Bij de voorlopige aanvraag wordt hierbij gekeken naar de maand juni 2020. Bij de definitieve aanvraag wordt tevens gekeken naar de loonkosten over de drie maanden (zie het eerste bolletje). Waren die laatste loonkosten meer dan 10% lager dan de loonkosten over juni 2020 maal drie, dan vindt er een verrekening plaats.
  • De vaste forfaitaire toeslag, die betrekking heeft op de werkgeverslasten bestaande uit premies werknemersverzekeringen, vakantietoeslag en pensioenpremies, bedraagt 40%.
  • Wordt er een aanvraag op bedrijfseconomische gronden ingediend, dan moet dat gemeld worden via UWV Telefoon NOW: Service & contact | UWV | Werkgevers Wordt er geen contact opgenomen, dan wordt de definitieve tegemoetkoming met 5% verlaagd.
  • Bij de definitieve aanvraag, die per periode gedaan moet worden, moet afhankelijk van het bedrag van het voorschot of de definitieve tegemoetkoming, een derdenverklaring of accountantsverklaring worden meegestuurd:
  • een derdenverklaring is verplicht bij een voorschot tussen € 40.000 en € 125.000, of een definitieve tegemoetkoming tussen € 40.000 en € 125.000 (ongeacht de hoogte van het voorschot). Onder NOW 2.0 werd er een andere grens aangehouden;
  • een accountantsverklaring is verplicht bij een voorschot van € 125.000 of meer, een definitieve tegemoetkoming van € 125.000 of meer (ongeacht de hoogte van het betaalde voorschot), of een aanvraag op werkmaatschappijniiveau.
  • Is het voorschot of de definitieve tegemoetkoming € 125.000 of meer, dan mag er over heel 2020 (bij NOW 3.1) of heel 2021 (bij NOW 3.2 en NOW 3.3) geen winstuitkering en bonussen worden uitgekeerd aan aandeelhouders, bestuur en directie, en mogen er geen eigen aandelen ingekocht worden. Is er sprake van een aanvraag op werkmaatschappijniveau, dan mag de moedermaatschappij of het groepshoofd van de groep waar de werkmaatschappij onderdeel van is ook geen bonussen uitkeren en mag de groep geen dividend/winstuitkering uitkeren of eigen aandelen inkopen. Dit geldt ook als het voorschot of de definitieve tegemoetkoming lager is dan € 125.000. Het groepshoofd of de moedermaatschappij van het concern moeten hiermee akkoord zijn.

NOW 2.0

De NOW is verlengd voor 4 maanden. Hierdoor kunnen werkgevers subsidie ontvangen voor de loonkosten over de periode 1 juni tot en met 30 september 2020.

Waar en wanneer aanvragen van de NOW 2.0
Op basis van NOW 2.0 kon subsidie worden aangevraagd voor de loonkosten over de periode juni tot en met september 2020

Voor de NOW 2.0 gelden de volgende voorwaarden:

  • Er is sprake van ten minste 20% omzetverlies over 4 aaneengesloten maanden startend op 1 juni, 1 juli, of 1 augustus 2020. Voor werkgevers die voor de tweede keer van de NOW gebruik maken moet die tweede periode aansluiten op de eerste;
  • De vaste forfaitaire toeslag, die betrekking heeft op de werkgeverslasten bestaande uit premies werknemersverzekeringen, vakantietoeslag en pensioenpremies, wordt van 30% verhoogd in 40%;
  • Bij het indienen van een ontslagaanvraag op bedrijfseconomische gronden in de periode juni tot en met september wordt de subsidie verminderd met de loonkosten van de werknemer over maart 2020 maal 3. Er vindt geen extra vermindering met 50% van die loonkosten plaats, zoals dat onder NOW 1.0 het geval is. Wel dient een werkgever bij een ontslagaanvraag op bedrijfseconomische gronden voor 20 werknemers of meer met vakbonden te overleggen, een verplichting die sowieso al bestond op basis van de Wet Melding Collectief Ontslag. Komen partijen er niet uit, dan dienen ze een mediationverzoek in bij een commissie van de Stichting van de Arbeid. Ontbreekt een akkoord of een mediationverzoek, dan volgt een korting van de NOW van 5% op het totale subsidiebedrag. Verder blijft het gewone ontslagrecht gelden;
  • De referentiemaand wordt maart 2020 (peildatum 15 mei 2020). Oftewel, de loonsom over de maanden juni t/m september 2020 wordt afgezet tegen die over maart 2020;
  • Een bedrijf dat gebruik maakt van de NOW 2.0, en een subsidievoorschot van € 100.000 of meer en/of een definitieve subsidie van € 125.000 of meer ontvangt, mag over 2020 geen winstuitkering aan aandeelhouders doen, geen bonussen aan het bestuur en de directie uitkeren en geen eigen aandelen inkopen. Dit is vergelijkbaar met wat er al geldt voor de werkmaatschappijen;
  • Werkgevers die NOW 2.0 aanvragen worden verplicht hun werknemers te stimuleren om aan bij- en omscholing te gaan doen. In dit kader stimuleert de overheid het programma ‘NL leert door’ op basis waarvan mensen vanaf juli kosteloos online scholing en ontwikkeladviezen kunnen volgen om zich aan te passen aan de nieuwe economische situatie.

Voorwaarden gebruik NOW 1.0

  • Verwachting van ten minste 20% omzetverlies
  • Betreft omzetverlies in 3 achtereenvolgende maanden in de periode maart tot en met juli 2020 afgezet tegen een kwart van de omzet over 2019
  • Geen ontslagaanvraag doen om bedrijfseconomische redenen in de periode waarover de tegemoetkoming wordt ontvangen

In 2020 is er enige ruimte om te kijken in welke 3 maanden je denkt de minste omzet te hebben. Dat kunnen dus de maanden maart tot en met mei zijn, of de maanden april tot en met juni of de maanden mei tot en met juli. De omzet over de gekozen 3 maanden vergelijk je met een kwart van de omzet over 2019.

NB 1
Als er sprake is van een groep/concern, dan wordt de omzetdaling in beginsel per groep/concern berekend. Is die omzetdaling minstens 20%, dan dient voor onderdelen van die groep/concern te worden uitgegaan van de omzetdaling zoals die per groep/concern geldt. De aanvraag geschiedt per rechtspersoon c.q. per loonheffingennummer.

Is de omzetdaling van de groep/concern kleiner dan 20% maar voor een werkmaatschappij meer dan 20%, dan kan voor betreffende werkmaatschappij een aanvraag worden ingediend waarbij wordt uitgegaan van de omzetdaling van die rechtspersoon. Hierbij gelden echter wel aanvullende voorwaarden:

  • de werkmaatschappij moet rechtspersoonlijkheid hebben;
  • de werkmaatschappij mag geen personeels-bv zijn (bij personeels-bv’s wordt er ook gekeken naar de omzetdaling van het concern, niet van het losse dochterbedrijf);
  • werkmaatschappijen met twintig werknemers of meer moeten een overeenkomst sluiten met de vakbonden over werkbehoud. Bij minder dan twintig werknemers volstaat een akkoord met een vertegenwoordiging van de werknemers;
  • aan de Raad van Bestuur en directie van het concern en de werkmaatschappij, die een beroep doet op de regeling, worden over 2020 geen bonussen (waaronder winstdelingen) uitgekeerd. Het groepshoofd/moedermaatschappij verklaart verder over 2020 geen dividenden aan aandeelhouders uit te keren en er mogen binnen de groep geen eigen aandelen worden teruggekocht;
  • er wordt daarnaast een aantal controlewaarborgen gesteld.

NB 2
Subsidie is maximaal 90% van de loonsom (het bedrag dat je kwijt bent aan loonkosten), afhankelijk van het percentage omzetverlies en de loonsom over de maand januari 2020. Voor de loonsom tellen de loonkosten van zowel werknemers in vaste dienst als van flexibele krachten mee.

Voorbeeld:

  • Als 100% van de omzet wegvalt, is de subsidie 90% van de loonsom (90% van 100%)
  • Als 50% van de omzet wegvalt, is de subsidie 45% van de loonsom (90% van 50%)
  • Als 25% van de omzet wegvalt, is de subsidie 22,5% van de loonsom (90% van 25%)
  • Als 18% van de omzet wegvalt, dan heb je dus geen recht op subsidie omdat er minder dan 20% omzetverlies is (tenzij er sprake is van een concern en een werkmaatschappij 20% of meer omzetdaling heeft)

In afwijking van het uitgangspunt dat uitgaat van de loonsom over januari 2020, wordt uitgegaan van de loonsom over maart 2020 als de loonsom over maart t/m mei 2020 hoger is dan drie maal de loonsom over januari 2020. Dit kan gunstig zijn voor seizoenbedrijven maar bijvoorbeeld ook als er vrij recentelijk sprake was van een overgang van een onderneming.

Bij een overgang van een onderneming na 1 januari 2019 geldt bovendien dat voor de vaststelling van de omzetdaling de omzet over de 3 aaneengesloten maanden in de periode maart t/m juli 2020 vergeleken wordt met de omzet over de periode vanaf de eerste kalendermaand na de dag van overgang in 2019/2020 tot en met 29 februari 2020, omgerekend naar drie maanden.

Waar en wanneer aanvragen van de NOW 1.0

NOW 1.0

  • Aanvragen kunnen tot en met 5 juni 2020 worden ingediend.
  • De periode waarover je tegemoetkoming kunt krijgen, hangt niet van de datum van de aanvraag af
  • Aanvraag verloopt via UWV

Aandachtspunten:

  1. De aanvraag moet per loonheffingennummer plaatsvinden; per nummer kan slechts één keer een aanvraag worden ingediend. Let op: doe dit direct goed, want als de aanvraag wordt afgewezen, kun je niet opnieuw een aanvraag indienen. Zo moet het rekeningnummer dat je doorgeeft gekoppeld zijn aan het loonheffingennummer van de aanvraag
  2. Als de aanvraag compleet ontvangen is, wordt de eerste termijn van het voorschot binnen 2 tot 4 weken overgemaakt (formeel beslist het UWV binnen 13 weken over de aanvraag). Het complete voorschot bestaat uit 80% van de subsidie die de werkgever naar verwachting gaat ontvangen. Het voorschot wordt in drie maandelijkse termijnen betaald

Actiepunten voor definitieve aanvraag subsidie

  1. Na afloop van de periode waarvoor de subsidie is verstrekt, moet de werkgever een definitieve aanvraag indienen bij het UWV. Die tweede, definitieve, aanvraag kan worden ingediend tot en met 31 oktober 2021.

Meer info

  • Bel of mail de TLN Ledendesk (T 088-4567567, E now@tln.nl)
  • Neem contact op met je relatiebeheerder of deelmarktsecretaris
  • Kijk op de website van het UWV

Meer informatie over de coronacrisis en de transportsector vind je in:

  • ons liveblog dat dagelijks wordt geactualiseerd;
  • ons overzicht ‘Coronavirus en (overheids)maatregelen’:  de steunmaatregelen overheid voor ondernemers tijdens en na de coronacrisis op een rij
  • ons ‘TLN-landeninformatie’ met een overzicht van de coronavirus-maatregelen voor het beroepsgoederenvervoer per Europees land;
  • onze ‘TLN-toolbox’, met de belangrijkste handvatten op het gebied van financiën, werkgeverszaken, operationele proces, juridische zaken en overige nood- en steunmaatregelen.