‘Je moet niet alles zelf kunnen en willen doen’

‘We woonden naast het bedrijf van onze vader en zijn broers’, zegt Jannis van Eijk die met zijn neef Pim transportbedrijf Gebroeders van Eijk runt. ‘Ik werd wakker met het geluid van vrachtwagens en ging ermee naar bed. Als tiener reed ik ze de wasstraat in en hielp ik met laden en lossen. Het was vanzelfsprekend om de kant van het transport op te gaan.’

Evelien Thijssen Fotografie
Evelien Thijssen Fotografie

Pim, zijn neef en beste vriend, met wie hij het bedrijf runt, had meer een passie voor data en ICT. Toch gaven de neven de drie broers van Eijk een ‘twijfelachtig jawoord’, toen ze met de vraag kwamen of zij het bedrijf wilden overnemen. ‘Zij begonnen met drie vrachtwagens. Nu liepen er 120 werknemers rond en waren er veel uitdagingen. Wij waren bang dat we het zouden verkloten en het bedrijf zou omvallen.’  

Klaarstomen 
Besloten werd om twee trajecten in te gaan: het bedrijf verkoopklaar maken én Pim en Jannis klaarstomen. Vrij snel kwamen ze in het managementteam terecht. ‘Wij snotapen hadden een andere kijk op leidinggeven en droegen projecten aan zoals een nieuwe indeling van het magazijn en nieuwe tariefstructuren.’  

‘NA EEN TWEEDE GESPREK  ZEIDEN WE VOLMONDIG JA’ 

Naarmate ze hun ideeën beter onderbouwden, groeide het vertrouwen. ‘Na een tweede gesprek zeiden we volmondig ja. We hebben het bedrijf een jaar geleden overgenomen. Een officiële handtekening bij de notaris volgt nog.’  

De zaken gaan goed. ‘We hebben 60 wagens en 500 actieve klanten en 14.500 vierkante meter warehouse. Als het druk is, zijn wij op ons best. Dan werkt alles als een geoliede machine. Ik ben blij dat ik deze kans heb gekregen. Als mijn vader geen eigen bedrijf had, had ik deze stap nooit gemaakt. Om een bedrijf over te nemen, heb je vermogen nodig. Dat krijg je niet van de bank. Als een bedrijf binnen de familie blijft, kun je daar goede afspraken over maken.’  

Sparren 
De broers zijn nog in beeld, maar verdwijnen steeds meer naar achteren. Het is fijn dat je drie mensen hebt die je eerlijk advies geven en waarmee je kunt sparren. Tegelijkertijd is het lastig om werk en privé gescheiden te houden, vindt Van Eijk. Om te vervolgen: ‘In de toekomst verandert weinig aan de grote lijnen. We oriënteren ons wel op verduurzaming en het inzetten van data om bijvoorbeeld een dynamisch aflevertijdensysteem te implementeren.’  

Pim kreeg vorig jaar een dochter, zelf is hij nog niet zover. ‘Ik zou het supermooi vinden als wij het bedrijf over kunnen geven aan een vijfde generatie. Welke tips ik voor anderen heb? Maak duidelijke afspraken op papier over alles wat je kunt bedenken voordat je aan een overnametraject begint, dat kan miscommunicatie en frustratie schelen. Zie de overname puur zakelijk, zwart-wit.’  

TMA-test 
Ook hebben Pim en hij een TMA-test gedaan om hun sterke en zwakke punten te ontdekken. ‘Je moet niet alles zelf willen kunnen en doen. Richt je op je zevens, maak daar negens van.’  

De neven kunnen met elkaar lezen en schrijven. ‘Pim is van de data en de cijfers, ik richt me op het klantcontact. We laten elkaar vrij in elkaars werkzaamheden en bespreken alleen wat echt belangrijk is. Daarnaast zijn we begeleid door een externe coach. Het is goed om iemand te hebben van buitenaf die je een spiegel voorhoudt. Een belangrijke les die ik heb geleerd, is dat je niet moet blijven zitten met ergernissen. Spreek alles uit, wacht niet totdat het overwaait.’  

Dit artikel is reeds gepubliceerd in HUB, hét ledenblad van TLN. Auteur: Suzanne Docter  Beeld: Evelien Thijssen fotografie.