‘Niet iedere oplossing die goed is voor de randstad, is ook goed voor de provincie’
Files, infrastructuur, duurzame vrachtwagens, concurrentie vanuit Oost-Europa en gebrek aan eenduidigheid van Europese regels: deze onderwerpen zetten zes TLN-leden op het boodschappenlijstje van twee VVD kandidaat-kamerleden om straks mee te nemen naar Den Haag. ‘Een buitengewoon nuttig gesprek met veel bruikbare input’, aldus de kamerleden. ‘Hier kunnen we wat mee.’
De Zeeuwse Jacqueline van den Hil en de Limburger Silvio Erkens hopen op een zetel en gaven meteen aan dat ze het belangrijk vinden dat er in Den Haag voldoende vertegenwoordiging uit de regio is. ‘Niet iedere oplossing die goed is voor de randstad, is per definitie ook goed voor de provincie’, aldus Van den Hil. Dat sprak onze ondernemers/gesprekdeelnemers uit de zuidelijke regio’s meteen aan: Eric van den Boogaert (Suez), Jean L’Ortye (L’Ortye Transport en Milieu), Ron van Kerkhoff (Martin Slangen Meubellogistiek), Patrick Fricker (Van der Heijden Internationale Transporten), Guus Limpens (Limpens) en Wesley van Hoeijen (Van Opdorp Transportgroep).
Gebrek aan Europese uniformiteit
Van Corona hebben deze ondernemers niet al te veel last gehad. Het grootste probleem ondervonden de internationale transporteurs bij de wirwar aan formaliteiten tussen de verschillende landen. ‘Gebrek aan Europese eenheid zie je niet alleen hier, ook bij de dodehoeksticker en gelijke arbeidsvoorwaarden en tal van andere onderwerpen’, aldus Patrick Fricker. En ook in dit gesprek zal het een terugkerend onderwerp zijn.
Transport via water
Een groot probleem zien de ondernemers in de terugkeer van de files na de coronacrisis. ‘Ik schat mijn fileschade op een paar ton per jaar, zegt Jean L’Ortye. ‘Het is in onze branche met smalle marges bij wijze van spreken het verschil tussen winst en verlies. Maar ik vind niet dat we in Den Haag alleen om steeds meer asfalt moeten roepen’, vervolgt L’Ortye. ‘Er kan ook veel via het water, ook vanwege duurzaamheid. Maar dan zie dat de gemeenten en de provincies veel praten over duurzaamheid maar als het erop aankomt bij aanbestedingen, zijn de kosten altijd nog belangrijker dan de duurzaamheidsdoelstellingen. Ik vind dat Den Haag daar druk op zou moeten uitoefenen. Als het kan via het water, moet het ook.’
Opbrengst tunnels
De zorg om files deelt VVD’er Erkens. ‘Het is op de verschillende schaakborden een paar zetten doen. Investeren in infrastructuur, oplossingen multimodaal, openbaar vervoer waar mogelijk stimuleren, slimmere spreiding van verkeer, dat soort dingen. Andere problemen met infrastructuur ervaart Wesley van Hoeijen in Zeeuw Vlaanderen. ‘De tol voor de Westerscheldetunnel kost zo’n 15 euro per rit. Die zou wat mij betreft best tolvrij mogen.’ Jacqueline van den Hil begrijpt haar streekgenoot en zegt dat de tunnel in 2030 sowieso tolvrij is. Er komt onderzoek om te kijken of dit eerder kan. ‘De opbrengst van de Westerscheldetunnel wordt ook gebruikt voor projecten in de provincie zoals de Sluiskiltunnel. En ook die zorgt voor oplossing van oponthoud, zegt Van den Hil. Ze is zich terdege bewust van investeren in infra: ‘ik kom uit de zorg, daar wordt het geld niet verdiend. Je hebt andere industrieën en ook transport nodig om de zorg te kunnen bekostigen.’
Hybride voertuigen
Ook duurzaamheid is niet gratis. ‘Zero-emissie stadslogistiek: er wordt makkelijk over gesproken maar beseffen de beleidsambtenaren van Maastricht wel dat er dagelijks 500 voertuigbewegingen in hun stad worden gemaakt en dat er in heel Nederland nog maar 150 elektrische voertuigen rondrijden?’, aldus Jean L’Ortye. De beschikbaarheid en de betaalbaarheid worden door de ondernemers gezien als een probleem. Ron van Kerkhoff ziet wel wat in hybride voertuigen die buiten de stad op schone diesel rijden en in de stad kunnen overschakelen op elektrisch. Dat maakt het investeren nu in nieuwe voertuigen een stuk makkelijker. En wordt het nu elektrisch of waterstof? Het beeld binnen dit groepje ondernemers is net zo verdeeld als in de wereld er buiten. En hoe kom je aan de laadinfrastructuur, niet alleen in Nederland maar ook (jawel, daar is ie weer) in Europa?
Een vermogen investeren in LNG
Guus Limpens adresseert het probleem direct aan de aanwezige politici: ‘Wij hebben geïnvesteerd in acht auto’s op LNG; dat kost ook een vermogen. In België en Duitsland heb je daar voordeel bij. In Nederland is het subsidiepotje leeg. Als je in Nederland duurzaam wilt zijn, moet je het vooral niet van de overheid hebben.’ Erkens reageert: ‘ik kom uit het bedrijfsleven. Voorspelbaarheid is belangrijk. Het gaat om investeringen voor lange termijn. Daarin moet je consistente randvoorwaarden creëren. Dat geldt ook zeker voor duurzaam vervoer. Ik vind dat idee van de hybride voertuigen iets wat ik zeker meeneem.’
Kapot geconcurreerd
Limpens laat zijn kans niet voorbijgaan om een voor hem, en naar blijkt ook voor andere aanwezige vervoerders, belangrijk probleem aan te kaarten: de concurrentie door Oost-Europese chauffeurs. ‘In dit land is amper controle. Ik zie mijn werk weggaan omdat ik te duur ben. We worden kapot geconcurreerd. En het gaat ook om lokaal werk hè, ritjes van 50 kilometer. Er wordt alleen maar op prijs geconcurreerd. Die chauffeurs bivakkeren hier maandenlang op de industrieterreinen. Wij hebben de keuze gemaakt om er niet meer aan mee te doen en het transport af te schalen.’ Van den Hil en Erkens vinden dat voorkomen moet worden dat onze transportsector op deze manier wordt uitgekleed. ‘Dit moeten we nationaal en in Europees verband beter regelen.’
Wil jij weten hoe meer politieke partijen over duurzaam transport denken? Volg het debat ‘Duurzaam Transport: welke route kiest politiek Den Haag’ op woensdag 10 maart van 10.15 tot 11.15 uur. Aanmelden kan hier!