Voorstel voorkomen schijnzelfstandigheid en ketenbepaling
Op 3 april jl. heeft minister Van Gennip (ministerie van SZW) de brief ‘Voortgang uitwerking arbeidsmarktpakket’ gestuurd aan de Tweede Kamer. Om schijnzelfstandigheid te voorkomen, is een nieuw rechtsvermoeden voorgesteld door de minister. Daarnaast is voorgesteld de ketenbepaling bij arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd aan te passen. Welke gevolgen heeft dit voor jouw onderneming? In dit artikel leggen we het aan je uit.
Voorkomen schijnzelfstandigheid
De laatste jaren is het aantal zelfstandigen stevig gegroeid. Vaak zijn het echte zelfstandigen maar soms zijn het schijnzelfstandigen. De minister wil schijnzelfstandigheid voorkomen.
Rechtsvermoeden
We kennen al een rechtsvermoeden inzake het bestaan van een arbeidsovereenkomst als er gedurende drie opeenvolgende maanden wekelijks, dan wel gedurende 20 uur per maand, tegen betaling is gewerkt. En daar komt op basis van de voorstellen van de minister een nieuw rechtsvermoeden bij.
Het nieuwe rechtsvermoeden houdt in dat personen die werken tegen een uurloon van € 30 tot € 35 (het exacte bedrag moet nog bepaald worden), worden geacht werkzaam te zijn op basis van een arbeidsovereenkomst. Overigens zal ook nog bepaald moeten worden wat er exact onder dat uurloon valt.
Zoals dat bij het bestaande rechtsvermoeden al geldt, zal er sprake zijn van een weerlegbaar rechtsvermoeden. Dat betekent dat als de opdrachtgever van mening is dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst, bijvoorbeeld omdat hij van mening is dat er niet aan de criteria voor een arbeidsovereenkomst is voldaan, hij het rechtsvermoeden van de werknemer kan weerleggen. Die criteria voor een arbeidsovereenkomst zijn (het persoonlijk verrichten van) arbeid, loon en een gezagsverhouding.
Definitie arbeidsovereenkomst
Wat het laatste criterium betreft, de gezagsverhouding, heeft de minister aangegeven dat zij dat verder wil inkleuren aan de hand van de rechtspraak. Dat begrip gezag (‘werken in dienst van’) zal verder worden uitgewerkt in drie hoofdelementen, te weten: materiële ondergeschiktheid (toezicht, instructies etc.), de organisatorische inbedding in het werk, en – als contra-indicatie voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst – zelfstandig ondernemerschap binnen de betreffende arbeidsrelatie. Elk van deze hoofdelementen zal in de komende periode verder worden uitgewerkt.
Handhaving
Vooruitlopend op de voorgestelde wijzigingen wil de minister de schijnzekerheid te lijf gaan door de handhaving te verbeteren en te versterken. De Belastingdienst zal meer capaciteit inzetten. Doel hierbij is om per 1 januari 2025 het handhavingsmoratorium volledig op te heffen.
TLN pleit voor het behoud van sectoraal maatwerk, wat de eigen wagen en vervoersvergunning betreft in het geval van beroepsvervoer. En als dat niet kan dan wil TLN de mogelijkheid behouden van de modelovereenkomst voor het goederenvervoer waardoor opdrachtgevers en zzp’ers duidelijkheid vooraf blijven behouden.
De ketenbepaling bij arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd
Nu mogen er drie tijdelijke contracten worden aangegaan die samen maximaal 3 jaar mogen duren. Is er sprake van een vierde contract en/of wordt de termijn van 3 jaar overschreden, dan ontstaat een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Is er sprake van een onderbreking van groter dan 6 maanden tussen de verschillende contracten, dan mag er opnieuw een reeks worden aangegaan.
Die onderbreking van groter dan 6 maanden wordt groter dan 5 jaar. Dit betekent dat er pas een nieuwe reeks van contracten voor bepaalde tijd mag worden aangegaan als er een onderbreking van groter dan 5 jaar tussen de verschillende contracten zat. En dit zal weer betekenen dat men na uiterlijk 3 jaar echt moet kiezen om de werknemer een contract voor onbepaalde tijd aan te gaan dan wel om met hem te stoppen.
Ook voor uitzendkrachten gaat deze wijziging gelden. Voor scholieren, studenten en seizoenwerkers blijven de huidige bepalingen gelden.
Meer weten?
In de brief geeft minister Van Gennip aan wat haar plannen zijn om meer evenwicht te krijgen tussen enerzijds flexibiliteit voor bedrijven en anderzijds zekerheid voor werknemers. In een reeks van vier artikelen besteedt TLN uitgebreid aandacht aan haar toekomstplannen.
Lees ook de andere artikelen in deze reeks:
Voor uitgebreidere informatie zie de brief van de minister: Kamerbrief over voortgang uitwerking arbeidsmarktpakket | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl of neem contact op met de ledendesk of met een van de adviseurs van team arbeidsrecht van TLN.