Wat kunnen logistiek ondernemers met de analyses van het CBS?
De wettelijk verplichte vervoer-enquête van het CBS. Voor veel bedrijven een steeds terugkerende irritatie, voor anderen iets wat ze hebben weg gedelegeerd aan een planafdeling, secretariaat of stagiaire. Heel begrijpelijk, het is een tijdrovende, administratieve klus en die past slecht bij de dynamiek van de meeste transportbedrijven. Sinds kort kan het eenvoudiger, met een logistieke standaard: het Open Trip Model. En dat is goed nieuws, want ook voor transportbedrijven zelf is het belangrijk dat het CBS de data krijgt. De gehele sector heeft er baat bij als ook (inter)nationale, regionale en lokale overheden hun beleid kunnen baseren op actuele en representatieve cijfers over transport van het CBS. Hoe werkt dit precies? Dat legt Mathijs Jacobs uit in deze tweede helft van het interview met SUTC.
Waarvoor gebruikt CBS de ritdata?
Het CBS maakt jaarlijks analyses en statistieken van transportbewegingen voor het dashboard Verkeer en Vervoer. Mathijs: ‘Zonder transport staat alles stil. Dit was jarenlang de slogan van TLN en die klopt: het goederenvervoer is indicatief voor het BBP, de cijfers over wegtransportbewegingen zeggen veel over de stand van de economie. De laatste jaren nemen de vragen om analyses exponentieel toe. Naast Rijkswaterstaat en het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat, krijgen we steeds meer vragen van gemeenten, provincies en vervoersregio’s. Zij willen informatie over de vervoersbewegingen, zodat zij hun beleid daarop kunnen baseren. Je kunt daarbij denken aan zaken als: waar moeten we laadpalen plaatsen, zodat het goederenvervoer daar optimaal van profiteert? Waar is het zinvol om zero emissie zones te maken?’
Cijfers helpen om onderbouwd beleid te maken
Gemeenten, vooral de grotere steden, willen steeds vaker analyses om hun beleid goed te kunnen onderbouwen. Mathijs geeft een mooi voorbeeld van hoe gemeenten de CBS gegevens willen gebruiken om goed beleid te kunnen maken, waarbij ze rekening houden met transporteurs: ‘Een aantal steden wil elektrisch rijden in (een deel van) de stad over een aantal jaren verplicht stellen. De vraag is echter of van alle transporteurs, vooral de kleinere, verwacht kan worden dat zij op die termijn al elektrisch kunnen rijden. Daarom zijn ze niet alleen geïnteresseerd in informatie over de (frequentie van) transportbewegingen van een vrachtauto of bestelauto in de stad, maar ook in informatie over het bedrijf (type, grootte). Op basis daarvan kunnen zij hun beleid goed onderbouwen en specificeren.’
Te weinig gegevens voor actuele analyse
Het lastige is dat het CBS voor dit soort lokale en actuele analyses te weinig data heeft. Mathijs geeft aan waarom: ‘Op basis van de huidige vervoerenquête krijgen we slechts van ongeveer 0,5% van de gemaakte ritten per jaar de gegevens. Dit is zo weinig dat we de data over een jaar moeten aggregeren, om hierop betrouwbare analyses te kunnen maken. Over een kortere termijn zijn de gegevens simpelweg niet representatief.’
De verplichte vervoerenquête nu gemakkelijker met OTM
Daarom is het voor de gehele sector nuttig als het CBS data krijgt over veel meer gemaakte ritten. Het beleid kan dan gebaseerd worden op veel vollediger inzicht in de actuele situatie. Mathijs: ‘Mede hierom zijn wij zo blij met de mogelijkheid om data met de open standaard Open Trip Model geautomatiseerd aan te leveren. De bedrijven die het nu al doen, geven aan dat zij bereid zijn om de data van veel meer ritten met ons te delen. Als meer bedrijven dit gaan doen, en we onze statistieken op veel meer data kunnen gaan baseren, dan wordt het ook mogelijk om maandelijkse of misschien zelfs wel wekelijkse analyses te gaan maken. En ook op lokale schaal, in plaats van alleen landelijk.’
Wat heb ik eraan als transporteur?
Een vraag die CBS, maar ook TLN, vaak krijgt van ondernemers is: “maar wat ik heb ik er zelf aan?”.
Mathijs zegt hierover: ‘Het is best lastig hier antwoord op te geven. De data is van essentieel belang voor overheden voor goede beleidsvorming en besluiten. Hoe beter de data hoe beter zij in staat zijn passend beleid te ontwikkelen en daarbij rekening te houden met de mogelijkheden en behoeften van ondernemers. Denk bijvoorbeeld aan Rijkswaterstaat, die goede wegvervoerdata nodig heeft om beslissingen over infrastructuur goed te kunnen afwegen. Daarnaast stellen wij als CBS veel data beschikbaar aan de BV Nederland via StatLine. En we zijn (onder andere) met TLN in gesprek hoe we deze data nog meer sectorspecifiek kunnen gaan aanbieden.’
Het bredere perspectief; Nederland vergeleken met andere landen
Het CBS moet het doen met informatie over 0,5% van de daadwerkelijk gereden ritten. Dat is erg weinig. Maar vergeleken met andere landen is dat nog best aardig. Mathijs licht toe: ‘Nederland is één van de enkele landen in Europa met een webbased formulier, de meeste landen werken nog met papieren formulieren. Je kunt je voorstellen dat de respons daarop nog veel lager is dan op ons webbased formulier. Het CBS is zelfs de enige partij in Europa die een XML koppeling heeft om data geautomatiseerd aan te leveren. Veel andere landen kijken jaloers naar hoe wij dit geregeld hebben, zeker nu, met een logistieke standaard.’
Lees ook: